Vluchtig lees ik mijn mail en delete wat me niet interesseert. Ik weet als geen ander hoe dat gaat. De één werkt zich uit de naad om een mooie nieuwsbrief te schrijven, de ander gooit dezelfde mail ongezien weg.

Er zit ook een persoonlijk bericht tussen van Nicolle Offenberg, mentor van ondernemers en leiders met een missie. Ze heeft een vraag.

‘Je kent de Donkere Dagen Gesprekken nog die ik in december heb gehouden? 3 gesprekken met 3 ondernemers over keuzes maken in leven en werk. Ik ga nu de Zwoele Zomer Gesprekken maken over leven, kiezen en verlangen. Toen ik bedacht wie ik wilde interviewen kwam meteen jouw naam in me op. Ik wil 3 vrouwelijke ondernemers interviewen die ik origineel en creatief vind en die hele eigen keuzes hebben gemaakt. 2 vrouwen hebben al toegezegd: Else Kramer en Janneke van Heugten.

De vraag is: zou jij ook mee willen doen?’

De Donkere Dagen Gesprekken? Die kan ik me nog herinneren. Een serie mooie interviews waar ik met plezier naar heb geluisterd. Nu word ik gevraagd om… Wat heb ik nou te vertellen, denk ik eerst. Maar ik vind het ook wel spannend, dus ik mail terug en zeg ja.

We maken per mail een afspraak bij Nicole thuis. Omdat we allebei in Breda wonen, is het onzin om dit interview per telefoon te doen. Ze mailt: ‘Voor a.s. dinsdag: mijn adres: Achillesstraat 22, Breda. (loopt parallel aan de Piet Avontuurstraat, als je dat iets zegt?)’ Vaag gaat een belletje rinkelen, dat is in de buurt van de Poolse tank.

Ik voel gerommel in mijn comfort zone en besluit het te negeren.

Op de dag van het interview, neem ik de voorbereidende vragen nog even door. Ik voel gerommel in mijn comfort zone en besluit het te negeren. Ik verwissel mijn joggingbroek voor jeans en doe nog even iets met haren en ogen. Het regent pijpenstelen, dus ik ren het kleine stukje naar mijn auto met een knaloranje paraplu boven mijn hoofd. In de auto toets ik het adres in op de TomTom. Ik neem geen risico’s meer. Ook niet in mijn eigen stad.

Als ik de Poolse tank zie, door de Generaal Maczekstraat rijd en daar de wijk in word gestuurd, herken ik de omgeving. Piet Avontuurstraat, de parallelweg: dat komt goed. Ik zet de TomTom vast uit en rijd op mijn gevoel en naar grote tevredenheid zó de straat in en zie tot mijn grote vreugde dat er een parkeerplaats is. Precies voor de deur. Als ik bij het uitstappen met mijn voeten in een regenplas beland, ben ik blij dat ik mijn studded Ash biker boots heb aangetrokken.

Ik ren naar de voordeur van nummer 22 en bel aan. De deur gaat open en ik kijk in het gezicht van een Erg Leuke Man. Ik heb de man van Nicole eerder ontmoet. Dit is niet de man van Nicole. De man kijkt me vragend aan. ‘Hoi, ik heb een afspraak met Nicole.’ Hij trekt een wenkbrauw op. ‘Met Nicole?’ Ik glimlach vriendelijk maar sta heel erg nat te worden in de regen en ik maak al aanstalten om naar binnen te gaan. ‘Met Nicole?’, vraagt hij nog eens, maar nu met een geamuseerde blik. Onze ogen haken in elkaar. Hij is écht leuk. Tegelijkertijd krijg ik een onbehaaglijk gevoel. De Golden Retriever die bij de voordeur is komen staan, kijkt me aan zoals alleen honden kunnen kijken. Ik wil iets zeggen over dat ik óók een Golden Retriever heb en dat dat wel heel toevallig is. Maar ik zeg: ’Oeps. Hier woont geen Nicole zeker?’ Hij schudt zijn hoofd van nee en wacht rustig af wat ik ga doen. ‘Welke straat is dit?’

‘De Sportstraat.’

‘Oh, haha, dan zit ik in de verkeerde straat.’ Ik voel mijn gezicht verkleuren maar vertrek geen spier. ‘Jammer’, zegt de man met een grijns en wijst me de weg in de goede richting. Ik begin te rijden en ik raak verzeild in het bekende rondjes rijden. Links, rechts, eenrichtingsverkeer, omdraaien. Mijn richtingsgevoel laat me volledig in de steek, ik herken iedere straat waar ik een paar minuten geleden ook reed maar kom niet uit het cirkeltje dat ik rijd. Voor de derde keer rijd ik door de straat waar Nicole niet woont en langs het huis waar Nicole niet woont. Bij nummer 22 kijk ik strak voor me uit en hoop dat de Erg Leuke Man geen rare ideeën van me krijgt als hij me ziet. Uiteindelijk zet ik de auto in een andere straat langs de kant en haal diep adem. Geïrriteerd zet ik TomTom weer aan en ik laat me naar de juiste straat dirigeren.

Ik zie tot mijn grote vreugde dat er een parkeerplaats is. Precies voor de deur. Als ik bij het uitstappen met mijn voeten in een regenplas beland, ben ik blij dat ik mijn studded Ash biker boots heb aangetrokken. Ik ren naar de voordeur van nummer 22 en bel aan. De deur gaat open en ik kijk in het gezicht van Nicole.

Opgelucht vertel ik mijn verhaal. ‘Echt iets voor jou,’ zegt Nicole. Ik begrijp dat ik heel wat recht te zetten heb in het interview.

 

PS1. Ter bescherming van de Erg Leuke Man, zijn de straatnamen natuurlijk verzonnen 🙂

PS2. Ben je nieuwsgierig geworden naar de Zwoele Zomer Gesprekken? Geef je dan hier op om ze te downloaden.

 

 

 

photo credit: Leo Reynolds via photopin cc

 

 

CURSUS SCHRIJVEN VOOR HET WEB 2016