Het is warm in mijn achtertuin en ik draag al een paar dagen niets anders dan een bikini. Ik zet de tuinstoel in het luie standje. Zweet parelt op mijn bovenlip. Een beetje daas staar ik voor me uit. De zenuwpijn trekt vierentwintig uur per dag van mijn nek, langs mijn schouder door naar mijn rechterarm. Schrijven lukt niet. Slapen lukt niet. Maar in de zon liggen wel.
De Tramadol doet zijn werk: ik maak me niet meer druk en ik geef me over aan het aangename lome gevoel. Ik vind mezelf zoveel leuker zoals ik nu ben. Zo makkelijk, zo onbezorgd, zo in het nu. Ik maak me geen zorgen over gemiste omzet en slechte jaarcijfers. Ik hoef er alleen maar voor te zorgen dat ik niet verbrand.
Ik smeer de zonnecrème goed uit en wrijf over de tattoo op mijn bovenarm. Ooit een love tattoo, nu een vage vlek. Ik realiseer me dat ik tien jaar gescheiden ben deze maand. Tien jaar! Voor het eerst komt het idee van een nieuwe tattoo in me op. Eentje speciaal voor mij ontworpen, eentje die het verleden wist.
‘Vijf keer zo groot?’
‘Minimaal vijf keer zo groot.’
Ik sta op van de leestafel en heb net een stapel voorbeelden van tatoeages doorgebladerd. De gitaarmuziek schalt keihard door de boxen. Jongensmuziek. Ik haat deze muziek. In een andere ruimte ligt een boom van een vent in de stoel. De tatoeëerder veegt met een doekje bloed van zijn huid en gaat onverstoorbaar verder. Ondanks de muziek hoor je het gezoem van de tattoonaald.
De tatoeëerder bekijkt de vlek kritisch. ‘Dit,’ en hij strijkt met zijn vinger over mijn huid, ‘kan ik niet weghalen. Die vlek moet in de nieuwe tekening worden verwerkt.’
Met zijn vingers meet hij het formaat van de tatoeage op mijn bovenarm uit. Van de kop van mijn schouder tot aan mijn elleboog. Ik knipper niet met mijn ogen en zeg volmondig ja.
‘Ik wil een full-color tattoo.’ Ik laat wat Pinterest afbeeldingen zien. De kleuren spatten ervan af: zwart, roze, turquoise en alles wat er tussenin zit. Maar mijn tattoo-man zegt dat ik eerst maar eens over een ontwerp moet nadenken.
Als hij twee weken later zijn ontwerp aan me presenteert, kan ik wel janken, zo gaaf vind ik het. Hij legt de schets over mijn bovenarm en in de spiegel zie ik mijn eigen blije Tramadol-hoofd stralen.
‘Zullen we de afspraak dan maar inplannen?’ vraagt hij.
‘Ik kan altijd.’ Ziek zijn heeft ook voordelen.
Tattoo-man kijkt in de agenda, bladert, mompelt. Net als veel kappers, werkt hij met een potlood en een gum. Zou hij die gum vaak moeten gebruiken?
‘De eerste keer plan ik je zes uur in. En later reserveer ik nog een keer twee uur, voor de zekerheid voor als ik het niet in een keer afkrijg.’
Ik straal en zeg het nog maar een keer, dat ik altijd kan.
‘De eerst volgende mogelijkheid is… 31 januari. Is dat goed?’
Een-en-dertig januari? Maakt hij een grapje? Tattoo-man kijkt bloedserieus. Ik kijk in de agenda van mijn telefoon.
Natuurlijk kan ik 31 januari. Het is nu juni. Hij zal wel heel erg goed zijn als hij zo’n volle agenda heeft. Ik zet me over de teleurstelling heen, nu heb ik lekker iets om naar uit te kijken en kan ik op mijn gemak beslissen of ik voor zo’n hysterische kleurplaat ga of toch een iets bescheidener pallet uitkies.
‘Je moet wel even een aanbetaling doen.’ Tattoo-man is goed in wat hij doet.
Inmiddels ben ik al lang weer aan het werk en staat er VRIJHOUDEN TATTOO in mijn overvolle agenda. Als ik ‘s morgens onder de douche vandaan kom, kijk ik nog eens goed naar mijn vlek. Het doet me niks, ik ga hem niet missen.
Ik bereid me goed voor op zes uur lang stilzitten. Een mouwloos topje met een warm vest. Muziek, oortjes, oplader, leesbril en een boek. Als extraatje mag ik van mezelf een Tramadolletje nemen tegen de pijn. Waarschijnlijk onderga ik die zes uur met een grote lach.
Lief gaat de hele dag met me mee en mijn zoon zegt dat hij meteen uit school bij de tattooshop komt kijken. Thuis drink ik nog een laatste kopje koffie, en ik luister mijn voicemail af. ‘Hoi Lotty, je hebt vandaag een afspraak bij Sebas…’ Sebas heeft griep en ik moet een nieuwe afspraak inplannen.
Beteuterd stuur ik het slechte nieuws aan mijn lief en beur ik mezelf op.
Het is overmacht. Stel je voor dat hij gaat niesen tijdens het tatoeëren, dát wil ik ook niet. In gedachten hoor ik de opgetogen stem van vriendin J roepen dat het zo had moeten zijn en dat het universum voor me zorgt. Bij haar werkt dat, bij mij niet.
Ik doe echt mijn best om het positief te bekijken maar ik baal gewoon. Ik was er helemaal klaar voor, app ik nog naar mijn lief.
Dan realiseer ik me dat ik onverwacht een vrije dag heb en ik pak de strip met Tramadol. Ik voel me heel ondeugend, speel even met de gedachte. Maar ik doe het niet.
Photo credit: pexels
workshop creatief schrijven
werken, brainstormen, lopen en schrijven
woensdag 21 februari
11:30 – 17:30 uur
LOTTY ROTHUIZEN
Online Copywriter en Columnist
Lotty heeft haar vakkennis en creativiteit de afgelopen jaren gebruikt om omzet te maken voor haar opdrachtgevers.
Nu geeft ze deze waardevolle kennis graag door aan schrijvende ondernemers en ondernemende schrijvers. Je leert luisteren, kijken en denken als een copywriter.
Met oog voor nuance en gevoel voor humor. Theorie gaat leven in opdrachten die direct toe te passen zijn in de praktijk.
Spannend! Ik kijk uit naar het vervolg…