De gebaksbordjes staan op het aanrecht. Een half aangesneden taart ernaast. De tijd van het verplichte kopje koffie is snel voorbij.

Tevreden tellen de twee jarige kinderen hun buit.

Cashen is hun doel van het grote-mensen-feestje. Drinken het onze.

 

Terwijl Lief aan het kookeiland staat te roeren in de pannen op het vuur en een laatste hand legt aan de borrelhappen, geef ik de fles nog maar eens door. Het is zo’n feestjes waar alle aanwezigen elkaar kennen van dit soort feestjes. De heren bespreken de vakantie, de auto en de ontwikkelingen op de zaak. De dames bespreken Belangrijke Zaken.

Veilige conversaties die nooit de diepte in gaan. ‘Ooh wat ben jij lekker bruin zeg! Nog van de vakantie of ben je stiekem onder de zonnebank geweest?’ Ik kijk naar mijn bruine benen die uit mijn afgeknipte jeans steken. ‘Vakantie’ lieg ik. Die bruin-zonder-zon is goed gelukt.

‘Leuk, zo’n korte broek met die laarzen. Ik heb een lange aangedaan. Ik had geen zin om te scheren. Jij wel zo te zien’ zegt één van de vrouwen.

Ik kijk naar haar donkere haren. De vorige keer had ze nog een weelderige blonde haarbos. Haar man is kapper dus ik hoef me niet af te vragen hoe het zit. Ik laat mijn vingers door haar dunne haren gaan. Méér hoef ik niet te doen.

‘Ze zijn er net uit,’ zegt ze met een pruillip: ‘ik wist het toen ik eraan begon. Als ik ze eenmaal hèb, kan ik niet meer zonder’ zegt ze met een brok in haar keel. We praten over hair extentions. Hoeveel dat nou kost. Hoe belangrijk kwaliteit is en hoeveel strengetjes je nodig hebt om er woest aantrekkelijk uit te zien. Ze doet nu hetzelfde bij mij. Met mijn flutbosje in haar hand maakt ze een in inschatting. ‘Jij hebt er wel héél véél nodig hoor, wil het wat lijken.’

Voor een paar honderd euro kan ik in het bezit zijn van een Patricia Paay coiffure die me nu ineens begerenswaardig lijkt. Maar ze heeft al een ander onderwerp te pakken. Minstens zo belangrijk. Hoe denk ik over inspuiten.

Injectables. ‘Fillers, botox.’ zegt ze als ik moeilijk kijk.

 

Het lijkt haar wel wat. Nu nog niet, maar ze weet nu al dat het hier en hier steeds erger zal worden.  En dán wil ze van die rimpels af. Ik kijk naar de dunne lijntjes die vanaf haar neus langs haar mond lopen. ‘En dit. Die lelijke lijntjes van het roken bij mijn lippen.’ Ze komt nu gevaarlijk dichtbij. Die lijntjes herken ik; die heb ik ook. Ik zeg dat ik bang ben dat ik dáár verslaafd aan zal raken. Dat de botuline toxine na een paar maanden uitgewerkt raakt en mijn gezicht er dan ouder uitziet dan ervoor. Het klokje tikt ondertussen toch gewoon door.

Een vriendin komt erbij staan en tikt met haar lange gemanicuurde acrylnagels tegen haar glas. Ik schenk het vol en we proosten.

‘Maar voor mij is het al te laat’ zeg ik zo luchtig mogelijk.

 

Nu heb ik de aandacht.

Ik vertel over de Lady’s Night waar ik voor uitgenodigd was. Er was een plastisch chirurg aanwezig die me uitnodigde om op een heerlijk zachte behandeltafel te komen liggen. De chirurg trok de felle loupelamp dicht boven mijn gezicht. Ze trok mijn wenkbrauwen omhoog en bestudeerde kort de fronsrimpel die ertussen ligt. ‘Te laat’ zei ze, terwijl ze de lamp weer wegschoof. ‘Daar helpt geen botox meer aan. Die zit zo diep, die blijf je altijd zien. En een zichtbaar opgevulde rimpel is nog lelijker dan de rimpel zelf.’ Opgelucht schudde ik de arts een hand en bedankte voor haar eerlijke advies.

De blikken zijn nu gericht op mijn frons en Lief lacht vertederd naar me met zijn je-weet-dat-ik-tóch-van-je-hou-blik. Onverstoorbaar vervolg ik mijn verhaal. ‘Het enige dat ik nog weleens zou willen laten doen…’

‘Je boobies…?’ vult Lief me hoopvol aan.

De dames schenken hem een vernietigende blik van afkeuring. Wij mogen eindeloos fantaseren over de maakbaarheid van ons eigen lichaam. Maar de mannen hebben niets, maar dan ook helemaal niets te vertellen!

photo credit: ekai via photopin cc