‘Wie heeft er gereden?’ vraagt mijn moeder. ‘Jij?’
Ze kijkt beurtelings naar mij en naar mijn lief.
‘Ik,’ zegt hij, ‘Lotty laat zich graag rijden.’
Ik negeer zijn opmerking en mijn moeder heeft het niet gehoord.
‘Hoe lang doe je er over?’
‘Eén uur en driekwartier ongeveer.’
‘Een uur en een kwartier?’
‘Nee, een uur en DRIE kwartier.’
‘O ja, ik dacht al, een uur en een kwartier.’
Ze frummelt aan het hoorapparaatje en zegt dat er misschien nieuwe batterijtjes in moeten. ‘Ze liggen dáár in de kast.’
In de kast staan tientallen fotoalbums keurig op een rij. Een heel mensenleven gevat in ringbanden. Zorgvuldig ingeplakte foto’s voorzien van commentaar en toelichting in een kriebelig en onleesbaar handschrift.
Ik rommel wat in haar spullen, een vertrouwd gevoel. Bakjes, mapjes en handige dingen die je misschien een keer kunt gebruiken. Notitieboekjes met het handschrift van mijn vader. Ik houd een glazen flesje met roodgele dop omhoog. ‘Kijk dan, ken je deze lijmflesjes nog?’
Ik draai het dopje eraf en ruik eraan. De lijm is nog zacht maar de geur vervlogen.
Pieppieppiep. De batterijtjes zijn vervangen en het apparaatje piept in haar oor.
‘Beter zo?’ vraag ik.
‘Wat zeg je?’
Ik draai even met mijn ogen.
‘Ik heb zin om je op je kont te slaan,’ zegt lief met zijn stem op volle sterkte. Er komt geen reactie van de bank en als ik langs hem loop om naar de keuken te gaan, draai ik uitdagend met mijn billen. Pats.
Nog steeds geen reactie en ik verdenk mijn moeder ervan dat ze net zo stoïcijns doet als vroeger als we aan tafel schunnige grapjes maakten.
‘Ik ga even de lunch klaarmaken,’ roep ik hard. ‘Dan kun jij even tien minuutjes gaan liggen.’
Dit verstaat ze meteen en ze heeft de fleecedeken al in haar hand. Dan vraagt ze op samenzweerderige toon: ‘Ken jij Griet Opdebeeck?’
Ze bouwt de spanning zorgvuldig op door een pauze in te lassen.
‘Ik noem mezelf Greet Opdebank, hihihi…’
Ik hou van haar ondeugende lach en hoop dat we deze nieuwe grap nog heel vaak gaan horen.
Geduldig zit ze in de keuken op me te wachten. Ik leg een keukenschort over haar broze schouders zodat de haartjes straks niet in haar nek kriebelen. Ik kijk dwars door de zachte witte plukjes heen op haar blote schedel. Eigenlijk kun je er geen kapsel meer van maken. Toch ziet ze er verwilderd uit als je er niks aan doet.
Ik knip, zij praat. Over de herenkapper die in haar oor heeft geknipt toen ze klein was en over haar vader die hen weleens sloeg. Over de angst en het ontzag en over vriendin Geesje die ook nog leeft.
Als ik het geïmproviseerde kapperscapeje afdoe, zie ik dat het niet heeft gewerkt. Witte haartjes dwarrelen als sneeuwvlokjes in de lucht en landen op de grond en op haar trui.
‘O, geeft niks.’
Met plakband probeer ik de haartjes van het vest af te halen. Het zijn er veel en ze ondergaat het geduldig.
‘Ik zeg weleens: het is net of ik in een volière woon met al die vogeltjes die ik vanaf de bank kan zien.’
Samen kijken we naar de Vlaamse gaai die hoog in een kale boom zit tientallen meters verderop.
‘Ik ben zo dankbaar dat ik alles nog zo goed kan zien. Met mijn ogen is niks mis.’
Ik kijk naar haar en op mijn beurt ben ik dankbaar omdat ze dankbaar is.
‘Achtentachtig ben ik. Ik ben nog nooit eerder zo oud geweest…’ Ik wacht op het ondeugende lachje dat volgt.
Photo by Cristian Newman on Unsplash
workshop creatief schrijven
werken, brainstormen, lopen en schrijven
LOTTY ROTHUIZEN
Online Copywriter en Columnist
Lotty heeft haar vakkennis en creativiteit de afgelopen jaren gebruikt om omzet te maken voor haar opdrachtgevers.
Nu geeft ze deze waardevolle kennis graag door aan schrijvende ondernemers en ondernemende schrijvers. Je leert luisteren, kijken en denken als een copywriter.
Met oog voor nuance en gevoel voor humor. Theorie gaat leven in opdrachten die direct toe te passen zijn in de praktijk.
Echt een cadeautje, jouw colums! Voor altijd fan van Greet Opdebank
Dankjewel Tan!
Lieve Lotty, wat ontroerend mooi…
Ik raak ook steeds meer ontroerd door haar ouderdom en gevoel voor humor dat ze altijd houdt.